De iPhone verscheen in 2007, een jaar waarin smartphones er heel anders uit zagen dan we nu gewend zijn. Smartphones bestonden in 2007 al een jaar of tien en hadden zich gaandeweg ontwikkeld tot steeds slimmere toestellen waarmee je vooral kon e-mailen en berichten sturen. Nokia was veruit marktleider, Symbian was het dominante besturingssysteem en met een BlackBerry was je hipper dan hip. Veel smartphones uit die tijd hadden een QWERTY-toetsenbordje of waren geïnspireerd op de PDA’s van Palm en Microsoft. De iPhone was daarom behoorlijk schrikken voor veel mensen: we waren gewend om op een fysiek toetsenbordje te typen en wat deed Apple? Het zou veel te onhandig zijn, zo’n smartphone zonder toetsenbord!
Eén blik op de Motorola Q maakt duidelijk waar de inspiratie voor dit toestel vandaan kwam: van de PDA’s die een paar jaar eerder op de markt verschenen. Toch was de Motorola Q vooral ontworpen als alternatief voor de vele BlackBerry-toestellen die rond dezelfde tijd populair waren. Dat het destijds allemaal wat rustiger aan ging, blijkt wel uit het feit dat de Motorola Q al in 2005 werd aangekondigd, in 2006 op de markt kwam en in 2007 de markt domineerde.
Nokia was weliswaar marktleider, maar als je kijkt welke toestellen het best verkocht werden dan staat de Motorola Q hoog in de lijsten. Deze candybar met QWERTY-toetsenbord had een 2,4-inch scherm met een resolutie van 320 x 240 pixels. Destijds was het een dunne en stijlvolle smartphone. Hij draaide op Windows Mobile 5.0 en er zat een 1,3 megapixel camera in. Selfies bestonden nog niet, dus een frontcamera was niet nodig. Ook ontbraken Wi-Fi en GPS. Via 3G maakte je verbinding met internet en daarmee was de Motorola Q zelfs geavanceerder dan de iPhone, die alleen op 2G (GPRS/EDGE) werkte. Zoals gebruikelijk in die tijd zat er een miniSD-kaartslot in om je geheugen uit te breiden.
Motorola? Dat merk is ondertussen in handen van Chinezen (Lenovo), nadat het korte tijd eigendom van Google was. Jammer eigenlijk, want Motorola was een van de pioniers op het gebied van mobiele telefoons en als je in de jaren tachtig en negentig al een mobiele telefoon had is er grote kans dat er eentje van Motorola tussen zat.
Steek je hand maar op als je rond 2007 ook een BlackBerry gebruikte. Het Canadese Research In Motion ontwikkelde de kenmerkende smartphones met toetsenbordje, al zullen maar weinig mensen zich bewust zijn geweest dat het bedrijf RIM heette. De BlackBerry Pearl 8100 was op zich al een bijzonderheid. De Pearl-modellen waren de eerste BlackBerry-toestellen met camera en mediaspeler, terwijl eerdere modellen alleen waren bedoeld voor het intikken van tekstjes. Ook was dit model extra smal, waardoor het wonder is dat mensen er nog op konden typen. BlackBerry gebruikte hiervoor het ingenieuze SureType-systeem.
Het toestel had push-email en instant messaging, de twee belangrijkste toepassingen van die tijd. Het compacte design sprak veel mensen aan. De camera stelde echter niet veel voor: met 1,3 megapixels kon je alleen wazige foto’s maken. Videofilmen was nog niet mogelijk.
De Palm Treo is voor veel mensen de eerste échte smartphone geweest. Palm was z’n tijd ver vooruit met de gebruiksvriendelijke PDA’s die ze hadden ontwikkelden. Ze legden de basis voor de latere toestellen met QWERTY-toetsenbord zoals de BlackBerry. Later ontwikkelden ze een revolutionair nieuw besturingssysteem (webOS) dat met een kaartinterface werkte. Een idee dat later nog vaak is geïmiteerd, waaronder door Google.
De Treo 680 was dé smartphone van 2007, tenminste in de VS. In Europa bracht Palm veel toestellen pas veel later uit en in Nederland verschenen ze vaak helemaal niet, waardoor je wel een enorme liefhebber moest zijn om er eentje uit het buitenland te halen. De Treo 680 was de belangrijkste smartphone van Palm op het moment dat de iPhone werd aangekondigd. Het 320 x 320 pixels grote schermpje was goed leesbaar in direct zonlicht, de VGA-camera leverde matige foto’s, maar het Palm-toetsenbordje maakte veel goed. Het scherm bedienen deed je met een pennetje (stylus), dat aan de zijkant in het toestel stak. Het draaide nog op PalmOS. Later verschenen nog de Palm Pre en de Palm Pixi, voorzien van webOS, maar op dat moment was het merk al sterk in verval.
Toch was Palm CEO Ed Colligan in november 20016 nog zeker van zijn zaak: hij vond het een belachelijk idee dat een bedrijf – zelfs Apple – zou denken om klanten te winnen in de lastige smartphone-bedrijfstak.
Toch was dat precies wat Apple deed: ze maakten een touchscreen smartphone die alom werd geprezen en hét voorbeeld werd voor alle andere smartphonemakers.
De Nokia N95 is een smartphone van Nokia, die april 2007 op de markt kwam, vlak voor de iPhone. Vooral de camera en de nadruk op multimedia waren vernieuwend voor dit model. Nokia had er een Carl Zeiss-camera van 5 megapixel met autofocus, digitale zoom en ledflitser in gestopt, nogal vooruitstrevend voor die tijd. Ook bijzonder was dat je het toestel aan twee kanten kon openschuiven: aan de ene kant als zakelijk model met toetsenbordje, aan de andere kant voor multimedia. Alle Nseries-toestellen waren gericht op multimedia en draaiden op Symbian, al zullen weinig mensen zich daarvan bewust zijn geweest. Symbian was de ‘Android’ van die tijd: het stond standaard gewoon op je toestel, of je het wilde of niet.
Ook bijzonder uit die tijd: de Nokia N93, een toestel met een ingebouwde ‘camcorder’ die je kon ronddraaien. Ook hierin zat al een Carl Zeiss-lens, maar nog met een 3,2 megapixel camera. Filmen deed ‘ie als de beste, met 30 fps op een resolutie van 640×480 (VGA) in MPEG-4. Maar het was de N95 die in 2007 alle belangrijke prijzen won, als beste smartphone van dat jaar.
Er waren in 2007 nog meer smartphones, zoals de zakelijke Nokia E61, de walkman-telefoons van Sony-Ericsson, de vele Windows Mobile-based smartphones (zoals onder andere van HP (de iPAQ) en HTC) en de Giorgio Armani-telefoon van Samsung. Sommige waren bijzonder, andere waren copycats, maar geen enkele had zoveel invloed als de iPhone.
Bron: www.iculture.nl